Sinds een week of twee ben ik bezig met het leven van een Peter R. boek. Het gaat over de ontvoering van alfred heineken en ik moet eerlijk bekennen dat ik het tegen al mijn verwachtingen in een bijzonder goed boek vind!
Het meest verbaast was ik nog over het feit dat ik bijna een gehele nacht heb wakker gelegen, omdat ik me werkelijk verrot moest lachen. Ik kan het dan ook niet laten dat stukje hier nog eens te herhalen…
Op het moment dat het bandje afgelopen was en ik er vanuit ging dat Boellaard de verbinding zou verbreken, hoorde ik hem tot mijn verbijstering met zijn zware stem ineens in de hoorn zeggen: ‘Band!‘ Daarna hing hij pas op. Ik keek hem verwijtend aan: ‘Wat flik jij nou idioot, wat hadden we nou afgesproken? Hier kunnen ze je op pakken man.’
Na het lezen van dit stukje was ik even verbaasd.. Na twee jaar voorbereiding maak je niet zo’n rare opmerking, en waarom roept iemand in godsnaam ‘Band!‘ door de telefoon… Het briljante idee was juist dat ze de ontvoerde persoon een verhaaltje hadden laten inspreken, om zelf hun stemmen niet prijs te geven.
Maar de hilarische reden volgde al snel in de volgende paragraaf..
De Poes hief verontschuldigend zijn handen op: ‘Ja sorry Cor, maar dat mens zat er steeds tussendoor te zeiken.’ En de stem van de vrouwpersoon imiterend, piepte Boellaard: ‘Bent u daar nog. Bent u daar nog. Bent u daar in levende lijve, zegt u iets tegen mij.’ Om aan te geven dat er niet tussendoor gesproken kon worden had hij daarom aangegeven dat het om een bandopname ging.
Misschien moet je het hele boek lezen om het leuk te vinden, maar dat kan ik zeker adviseren.
Volgens mij is het een typisch geval van je-had-erbij-moeten-wezen. :P
Ja, zoiets had ik al verwacht, maar ik kon het niet laten om het toch te noemen :-p…